Nog steeds toekomst in opties

Bestaansrecht optiebeurs in Nederland ruimschoots bewezen

Bron DeTelegraaf 30 mrt. 2018 in Financieel door Johan Wiering

Veertig jaar geleden, op 4 april 1978, begon in Amsterdam de optiehandel in de Beurs van Berlage. In 2002 werd de vloerhandel met druk gebarende en schreeuwende handelaren vervangen door schermenhandel. Ondanks de komst van concurrerende producten, zijn opties nog altijd populair onder Nederlandse particuliere beleggers.

Vijf jaar nadat in Chicago de eerste optiebeurs ter wereld werd opgericht, kwam deze er in Amsterdam op initiatief van oud-minister van Verkeer en Waterstaat Tjerk Westerterp. De optiemannen van het eerste uur Ulf Doornbos (directeur) en Sem van Berkel (handelaar) herinneren zich dat de eerste maanden zeer moeizaam verliepen. „De omzetten waren minimaal, vooral omdat de banken niet meewerkten. Het was voor ons echt een avontuur en veel handelaren vertrokken weer snel. Maar wij geloofden erin”, zegt Van Berkel.

De timing was ongelukkig. De oliecrisis in 1979 zorgde voor een wereldwijde recessie. Ook daarom was het bestaansrecht de eerste jaren in het geding en was het sappelen voor de handelaren, herinnert Doornbos zich. „Westerterp ging geregeld met de pet naar de effectenbeurs om geld los te peuteren voor salarissen. Zelf wilde ik ook graag naar de VS om te kijken hoe het daar werkte. Toen Westerterp na enkele weken naar mij toe kwam met een zak geld, dacht ik eerst dat het mijn ontslagvergoeding was. Maar ik kon het gebruiken om een maand op de optiebeurs in Chicago en op Wall Street te verblijven. Ik heb daar heel veel geleerd.”

Doornbos ziet 1983 als het jaar van de omslag, wat mede te danken was aan de oplevende economie. „Bovendien trokken we dag in dag uit het land in om presentaties over opties te geven.” Stan Westerterp wijst op de belangrijke rol die zijn vader Tjerk speelde. „Mijn vader was een graag geziene gast in allerlei praatprogramma’s. Het was een slimme zet om Roda JC te sponsoren, en Johan Cruijff dar als adviseur te benoemen. Ook ging geld naar springpaarden om de bekendheid van opties te vergroten.”

Met schreeuwen, handgebaren en het uitwisselen van papiertjes kwamen de prijzen in de eerste jaren van de optiebeurs tot stand. Wiskundige modellen werden niet gebruikt. Van Berkel: „De optieprijzen konden daardoor stevig afwijken van hun theoretische waarden. Wij huurden op een gegeven moment een accountant in, die op basis van de zogenoemde Black-Scholes enkele maanden aan de slag ging. Vervolgens hebben we alle opties opgekocht die veel te laag geprijsd waren.”

Het jaar 1987 was ongetwijfeld het meest memorabele voor de optiebeurs. Dat kwam enerzijds door de introductie van opties op de EOE-index (de voorloper van de AEX) en de verhuizing naar een groter eigen pand aan het Rokin. Anderzijds was daar de krach die in oktober van dat jaar plaatsvond. Doornbos herinnert die zich nog als de dag van gisteren. „Her en der was sprake van paniek. Handelaren wisten aan het einde van de dag niet hoe deze voor hen verlopen was. Om alles nog een beetje in goede banen te leiden, sliepen wij een paar dagen in het beursgebouw.”

Eind 2002 ging de vloerhandel over op schermenhandel. Als het aan Westerterp had geleden was dit veel eerder gebeurd. „Achter onze rug om voerde hij al in 1989 gesprekken om dit tot stand te brengen” stelt Van Berkel. „Wij kwamen hiertegen in opstand en wisten de overstap vele jaren tegen te houden. Open outcry is het beste ter wereld, vooral omdat tegenpartijen herkenbaar zijn. Met schermenhandel is het daarentegen niet altijd duidelijk wat anderen doen.”

Vooral door de komst van concurrerende producten zoals turbo’s is de handel in opties de afgelopen jaren teruggelopen. Toch belegde vorig jaar nog altijd 20% van Bincks klanten in opties. Bij broker DeGiro was dat 10%. Opmerkelijk is dat het aantal transacties in opties dat in aandelen bij Binck oversteeg. Veruit het meest populair bij particulieren zijn opties op de AEX-index. Shell, ASML en ArcelorMittal volgen op grote afstand.