Aandelen moet je hebben!
Aandelen moet je hebben!
Hebben aandelen de beste tijd gehad, of zijn ze juist nog heel koopwaardig? Vandaag een grafiek die laat zien dat aandelen er nog nooit zo gunstig hebben voorgestaan. Met de nodige kanttekeningen overigens… Lukas Daalder van Robeco beschrijft voor u vandaag uitgebreid zijn grafiek van de dag.
Toen vrienden van mijn ouders in de jaren zestig overwogen een huis te kopen, verklaarden mijn ouders hun voor gek. Het ging om een kapitaal pand ergens in Rotterdam, waar een onwaarschijnlijke prijs van 45 duizend gulden voor betaald moest worden. Onwaarschijnlijk, in de zin van onwaarschijnlijk veel. 45 duizend: de rest van je leven moest je krom liggen om die hypotheek af te betalen, aldus mijn ouders. Véél te duur! De vrienden sloegen het advies van mijn ouders in de wind en kochten het huis. Voor hoeveel zij dat pand uiteindelijk weer van de hand gedaan hebben, vertelt het verhaal helaas niet, maar ik vermoed dat het makkelijk het tienvoudige was. Mijn ouders vertellen het verhaal nog steeds met enig schaamrood op de kaken.
Ik geef gelijk toe dat mijn ouders geen makelaars waren en dus slechts als buitenstaanders naar de aankoop keken. Maar toch: hoeveel experts zouden toentertijd voorspeld hebben dat de huizenprijs zo’n hoge vlucht zou nemen? En, belangrijker nog, hoeveel van diezelfde experts hebben vervolgens in bijvoorbeeld 2007 gewaarschuwd dat de huizenprijzen te duur waren?
Waardering is geen wetenschap
Het voorbeeld geeft aan dat waardering voor bijvoorbeeld vastgoed absoluut geen wetenschap is. Zeker, achteraf kan je beargumenteren waarom een huis uiteindelijk tien zo duur is geworden, maar om dat in het midden van de jaren zestig te voorspellen, blijkt telkens weer verdomde lastig. Voor een deel is het bovendien ook subjectief: het is toch ook een beetje wat de gek er voor geeft.
En wat voor huizen geldt, geldt net zo goed voor aandelen. Sterker nog, ik geloof dat er heel wat meer waarderingsmaatstaven bestaan voor aandelen dan voor huizen, waarmee de subjectiviteit alleen maar toeneemt. Geef mij een maatstaf die laat zien dat aandelen te duur zijn en ik kan er zo twee ophoesten die laten zien dat ze goedkoop zijn.
Kom ik bij de grafiek die dus lijkt te suggereren dat je nog steeds goed in aandelen kan beleggen. De grafiek laat zien hoeveel procent van de bedrijven in de S&P500 momenteel een dividendrendement hebben dat hoger ligt dan de rentevergoeding die je krijgt als je een 10-jarige staatsobligatie koopt. Wat blijkt: meer dan de helft (51%) van de aandelen leveren nu meer dividend op dan de rente op de staatsobligatie. De S&P index als geheel handelt op een dividendrendement van 2,0%, waar de kapitaalmarktrente op 1,7% staat. De grafiek laat verder zien dat – als we januari als ijkpunt hanteren – aandelen er nog nooit zo gunstig hebben voorgestaan. Nou ja, nooit? Niet sinds 2000 in elk geval. Als je wat verder teruggaat verandert het beeld een ietwat…
Wie denkt dat dit helemaal te danken is aan de daling van de kapitaalmarktrente heeft het overigens bij het verkeerde eind: ook dividendgroei is de afgelopen jaren heel stevig geweest. Volgens het artikel dat bij de grafiek hoort is dividend sinds 2010 met 84% gestegen, waar de opmars van aandelen zelf in die periode ‘slechts’ 72% in waarde is gestegen. Overigens kan ik die 72% zo snel niet reproduceren, maar dat terzijde.
Hebben we hier nu iets aan? Nee en Ja. De Nee is makkelijk uit te leggen. Kijk voor de grap eens naar de Zwitserse markt. Zoals vorige week al uitgelegd, is de Zwitserse 10 jaars rente momenteel negatief (-0,03%), wat automatisch inhoudt dat 100% van alle aandelen een hoger dividendrendement hebben dan de kapitaalmarktrente. Dat de Zwitserse markt dit jaar als enige Europese markt een negatief rendement heeft laten zien (-6%), geeft aan dat dividendrendement nou niet het zwaarst wegende argument voor aandelen is. De sterke koerssprong van de Zwitserse frank zal de winstgevendheid van het Zwitserse bedrijfsleven dit jaar sterk onder druk zetten, waarbij inmiddels gesproken wordt van een recessie voor de Zwitserse economie als geheel. Geen wonder dat aandelen het zo slecht doen.
Los daarvan is de Nee ook van toepassing omdat de kapitaalmarktrente iets heel anders is dan het dividend. Dividend is geen vast gegeven, geen recht waarop je als belegger terug kunt vallen. Als winsten omslaan in verliezen kunnen dividenden zonder al te veel probleem verlaagd of zelfs stopgezet worden. Een coupon op een staatsobligatie is daarentegen wel gegarandeerd en ligt zelfs wettelijk vast. Als die wordt stopgezet door de partij die de schuld heeft uitgegeven, hebben we het gelijk over een default, iets wat voor de Amerikaanse overheid zo goed als ondenkbaar is.
Het derde argument voor de Nee, is de volatiliteit die aan de twee investeringen is gekoppeld. Onderstaande grafiek laat zien dat die voor aandelen een heel stuk hoger ligt dan die voor obligaties. Gegeven die onzekerheid zou je op papier ook verwachten dat je als belegger een hoger dividend verlangt dan je op de kapitaalmarkt krijgt.
En de Ja dan? De Ja hangt samen met de zoektocht naar rendement. Met een kapitaalmarktrente van 1,7% verdien je uiteraard niet zo heel erg veel, om van de Duitse kapitaalmarktrente van 0,35% nog maar te zwijgen. Beleggen doe je doorgaans met een rendementsdoelmerk in het achterhoofd en daar schort het in de obligatiemarkt momenteel aan. Zolang de zoektocht naar rendement een belangrijk thema in de financiële markten blijft, zal zo’n grafiek als hierboven wel degelijk een rol spelen. Moet de economie uiteraard wel een beetje overeind blijven…
Bron: RTLZ Lukas Daalder, Robeco